Vanavond een bekende ouwe rot in het Cabaretvak
Paul van Vliet geboren op 10 september 1935 in Den Haag op Denneweg 64, dit pand is nu in gebruik bij de Haagse Kunstkring. Zijn ouders waren beiden beeldend kunstenaars, het zal ook daar vandaan zijn dat hij zijn carrière mede aan te danken heeft.

Van Vliet speelde zijn eerste creaties in familiekring, tussen de schuifdeuren. Hij zat tijdens de hongerwinter in het laatste kindertransport naar Friesland, in juni 1945 keerde hij terug naar Den Haag.
In zijn middelbareschooltijd schreef hij zijn eigen cabaretprogramma’s, die hij samen met Dolf de Vries opvoerde.
Leidsch Studenten Cabaret
In 1957 richtte hij met Floor Kist het Leidsch Studenten Cabaret op. Dit gezelschap waarvan ook zijn latere vrouw Liselore Gerritsen en pianist Kai van Oven deel uitmaakten verwierf grote faam. Met een tournee door Noord- en Zuid-Amerika werd de cabareteske periode van de studenten afgesloten.
Theater PePijn
Direct na zijn studie begon Van Vliet een eigen cabaretgezelschap, in een eigen theater. Hij vond hiervoor een leegstaand pakhuis op 500 m van zijn geboortehuis. Dit pakhuis werd verbouwd tot “intiem” theater. Op 18 december 1964 vond de opening plaats en presenteerde Cabaret PePijn het eerste programma Oh, Pardon.

Het theatertje met zijn “100 stoeltjes en 100 smoeltjes” was uitverkocht en zou dat telkens blijven tot in 1971, toen Cabaret PePijn werd opgeheven.
Tijdens de Cabaret PePijn-jaren gaf Van Vliet zijn eerste solovoorstelling Een Avond aan Zee.
Het werd zijn definitieve doorbraak waar Bram van de Commune de eerste van zijn vele komische types was. Andere bekende types waren Majoor Kees, De Boer en Haagse Benny.
Na de ontbinding van Cabaret PePijn begon Van Vliet’s solocarrière. Zijn shows behoorden tot de best bezochte voorstellingen van Nederland en Vlaanderen.
In 1971 bleef Theater PePijn onder beheer van Van Vliet bestaan. Het theater groeide uit tot een broedplaats en springplank voor cabaretiers.
Van Vliet trad ook op bij de ondertrouw van Prinses Beatrix en Prins Claus in de Ridderzaal, wat zorgde voor de bijnamen De Hofnar en Oranje Paultje.
Verdere carrière
In 1994 speelde van Vliet professor Henry Higgins, in de musical My Fair Lady, dit deed hij twee succesvolle jaren, waarna hij in 1997 terug keert naar zijn eigen wereld: de onemanshow. Hij creëerde t/m 2004 nog drie programma’s en een Tour de chant met het Residentie Orkest
In 2007 maakte Van Vliet een uitstapje naar het grote toneel met Anne-Wil Blankers in Liefdesbrieven, dat wegens succes twee seizoenen op herhaling ging (2008 en 2009).

In 2012 keerde hij terug naar Den Haag, waarna een nieuwe serie, volgde; de Koninklijke Schouwburg, waarvan hij in 2015 symbolisch de sleutel kreeg ter bevestiging van zijn nieuwe “theatrale thuis”.
Tevens trad hij op 5 februari 2017 voor de 300ste keer op in Carré. Officieel zou 27 mei 2018 zijn laatste optreden plaatsvinden, maar recent nieuws meld dat van Vliet op zaterdag 24 april 2021 een benefit optreden geeft in museum Nic Jonk in Grootschermer. Hij doet dit in de vorm van een benefietvoorstelling om het museum te steunen.
Wat je misschien nog niet wist is dat Paul van Vliet ook jarenlang speelde in de hoofdklasse van de Nederlandse hockeybond in het Heren I-team van HGC.
En dat hij, wat hem zeker wel gegund is in 2014 als eerste werd gekozen tot Hagenaar van het jaar.
En hij voegde met zijn shows enkele staande uitdrukkingen toe aan het Nederlands: waaronder “Dat zijn leuke dingen voor de mensen” en “Daar hebben wij ’t volgende op gevonden”.
Paul van Vliet, een man die een hoop heeft meemaakt, alle energie in zijn carrière gooide, ervoor zorgde dat niet alleen hijzelf maar ook wij als publiek het enorm naar de zin hadden, en nog steeds veel plezier heeft in het mensen aan het lachen brengen, ook volgend jaar!
